Hij/zij gaat door de rode slalom heen en drijft vervolgens richting de (donker)blauwe pion.
Vanaf de (donker)blauwe pion volgt er een Indian
Dribble naar de gele pion.
Daarna volgen er passeerbewegingen, in dit geval is er gekozen voor een drag.
Bij andere bewegingen kan het zo zijn dat de pionnen net iets anders moeten staan.
Maar hier loopt de speler naar de linkerkant (uiteinde van de L) en trekt voor de 3 pionnen langs de bal krachtig naar rechts.
Dit wordt nog een keer herhaald en daarna pusht de speler de bal op de zwarte goal.
Deze oefening kan je makkelijker/moeilijker maken. Bijvoorbeeld door de passeerbewegingen te veranderen, de afstand van het drijven te vergroten/verkleinen, de goal kleiner/groter te maken, de slalom iets aan te passen, etc. etc. Je kan er dus echt nog je eigen fantasie op los laten.