- 1 = 1 doorloopbal
- 2 = 5 afstandsschoten
- 3 = 3 rondjes rennen
- 4 = 1 achteruit schot
- 5 = 5 korte kansen
- 6 = 5 push ups
Teams van 2 à 3.Je begint met een gezamenlijk getal. Voor elke opdracht die je afmaakt, krijg je 1 punt. Sommigen zijn eerder klaar dan anderen, die dobbelen dan ook gelijk door. Zo moeten de kinderen uiteindelijk allemaal verschillende opdrachten doen.