- Speler A bij de lijn passt naar speler B links of rechts in het vak.
- Speler B speelt door op speler C die naar de punt van de cirkel komt.
- Speler B beweegt naar binnen en komt recht voor de korf uit.
- Speler A beweegt na het inspelen van B richting B en loopt achter B om naar de korf.
- Speler A krijgt de bal en neemt een doorloopbal.
- scoor 10 keer na opzetten van de voorkant op links- scoor 10 keer na opzetten van de voorkant over rechts- scoor 10 keer na opzetten vanaf de zijkant - uitbal- scoor 10 keer na opzetten van de achterkant