Er staat een schutter in het voorveld en een rebounder onder de paal.
- De schutter neemt de volgende kansen in een vaste volgorde:
- Kans 1: Strafworp (1 punt)
- Kans 2: afstandsschot (2 punten)
- Kans 3: doorloopbal (1 punt)
- Kans 4: korte kans achter de korf (1 punt)
- Om de punten te verzilveren moet vervolgens een vrije worp worden genomen.
- Is deze raak, dan krijgt de schutter de verzamelde punten. Is de vrije bal mis, krijgt de schutter geen punten.
- Na een reeks (de vier kansen en de vrije bal) wordt er gewisseld van functie.
De speler zal gefocust zijn op het scoren van de vrije worp, omdat hij anders geen punten krijgt. Op deze manier dagen we de speler uit om gefocust te blijven op het scoren.
Te moeilijk: Laat eventueel 2 kansen nemen om 1 vrije worp te scoren Doel is om 20 punten (eventueel aan te passen) te maken.