Onder iedere paal staat een aangever met bal. In het voorveld staat bij iedere paal een schutter.
De schutters voor de korf schieten net zolang tot 1 van de schutters 2 doelpunten heeft gemaakt.
Als 1 schutter 2 doelpunten heeft gemaakt, draaien alle schutters door naar de volgende paal.
Alle schutters tellen door bij het aantal doelpunten dat ze hebben staan. Als 1 schutter 4 doelpunten heeft gemaakt, wisselt iedereen weer door.
De eerste schutter die 10 doelpunten heeft gemaakt, wint.
Doorwisselen: er wordt dus gewisseld zodra 1 schutter 2, 4, 6, 8 of 10 goals heeft. Schutters worden nadien aangever en omgekeerd. Laat de winnaars aangevuld met de andere hoogste scores nog een finale spelen.