Voetbaloefening: loopacties van de spelers zonder bal verbeteren

Geschikt voor de volgende technieken: passing

Loopacties van de spelers zonder bal verbeteren

Organisatie:

Er word 2:2 gespeeld op 2 velden. De spelers in de zogenaamde spitsenvakken aan de boven- enonderkant dienen als doel.Ze kunnen scoren door hun medespeler in het spitsenvak aan te spelen, hij moet de bal wel in dit vak onder controle krijgen. Na een doelpunt mag de andere partij beginnen.Hierna word het spel gespeeld met een kaats. De spits krijgt de bal en moet hem direct terug spelen naar een medespeler. Pas nu is er een punt behaald.De spitsen mogen niet uit hun vak komen, en de andere spelers mogen niet in het spitsenvak.Na 8 minuten doorwisselen

Aandachtspunten:

Eerst kijken of de andere speler de bal goed heeft aangespeeld, daarna vragen om de bal door een loopactie.Als je zuiver passt, dan kan de spits ook goed terug spelen.

Eigenschappen van de oefening

12
14
Benodigde materialen:
Niet van toepassing
Geschikt voor volgende niveau's:
O6 jeugd
O7 jeugd
O8 jeugd
O9 jeugd
O10 jeugd
O11 jeugd
O12 jeugd
O13 jeugd
O14 jeugd
O15 jeugd
O16 jeugd
O17 jeugd
O18 jeugd
O19
O20