De spelers ontvangen een rallybal van de trainer. De spelers krijgen vooraf van de trainer een opdracht. De opdrachten zijn als volgt:
- Harde aanval vanaf positie 2 en 4.
- Prikbal vanaf positie 2 en 4.
- 1e tempo aanval op het midden.
- Lange bal in de hoeken vanaf positie 2 en 4.
- Bal op de vrije netverdediger vanaf positie 2 en 4.
- Plaatsbal op spelverdeler.
Iedere opdracht wordt twee keer uitgevoerd, één keer met de spelverdeler achter en één keer met de spelverdeler voor. Opdracht 6 alleen met de spelverdeler achter.