Gedeelde Training
20220309 A1 1,5 uur
Benodigde materialen
Diversen
- A jeugd
7 Oefeningen
Oefeningen
Rebound invullen vanaf de voorkant
0 minutenDrie spelers per paal. 1 speler met bal schuin voor de korf op 7 meter. De andere dame staat ook schuin voor de paal.
- De speler onder de korf trekt weg waardoor de speler met bal de middelste speler wordt.
- Krijgt de bal aangegooid van de speler voor de korf. (als de opstelling goed is, ontvangt hij de bal dus een beetje diagonaal).
- Deze speler loopt naar de paal voor de afvang (rebound)
- De speler voor de korf komt er naast en krijgt de bal aangespeeld.
- En komt tot schot. (denk aan het goed indraaien naar de korf met de heupen) We scoren 10x linksom en 10x rechtsom
- De bal wordt na het schot uitgespeeld naar de eerste uitloper, de afvanger loopt nu uit en het spel begint opnieuw.
- Zelfde als hierboven
- Alleen nu komt de speler die voor de korf de bal aangooide er weer naast .
- Zij krijgt de bal niet maar snijdt naar binnen en maakt een doorloopbal uit de ruimte zonder bal. 10x linksom en 10x rechtsom
- vangt de bal zelf af en speelt die naar naar de eerste uitloper, de afvanger loopt nu uit en het spel begint opnieuw
Loop/schotcircuit 2
0 minuten- Werk met drietallen.
- De bal wordt onder de korf gespeeld en je loopt uit naar voren.
- Je krijgt de bal teruggespeeld en je schiet.
- De derde dame vangt vanaf de zijkant de bal af en speelt deze door naar de uitgelopen aangever.
- Deze speelt weer in en zo ga je door.
- Scoor 10 x vanaf de linkerkant en 10 x vanaf de rechterkant
Uitwijk schot met tweetallen
0 minutenvervolgens loopt ze zelf mee uit, krijgt de bal terug en schiet.
De voorste dame gaat naar achteren en de achterste naar voren.
De rode dame in de diagonaal vangt af en speelt op rood voor de korf.
Ze loopt uit, krijgt de bal terug en speelt terug op de uitlopende rode dame, deze schiet en de blauwe dame vangt af.
ook hier wisselen de dames van functie
Welk tweetal scoort als eerste 10x
Springoefening met bal
0 minutenMet 3-tallen. Bij de bal staan 2 dames, op 12 meter aan de overzijde staat 1 dame.
De bal wordt strak gegooid en je sprint er achteraan. (ieder sprint 10x 12 meter
Ladderen
0 minuten1. Begin in de startpositie met het gezicht naar de loopladder toe.
2. Stap met uw linkervoet in het eerste vakje van de loopladder en sluit uw rechtervoet bij (zorg er voor dat uw hakken de grond niet raken).
3. Ga vervolgens voorwaarts op bovenstaande manier de loopladder door.
4. Wissel de startvoet om de beurt af.
5. Probeer ook een om de oefening andersom uit te voeren, u begint dus met uw rug naar de loopladder toe.
1. Begin in de startpositie met uw gezicht naar de loopladder toe.
2. Spring met beide voeten tegelijk voorwaarts waarbij uw linkervoet naast het eerste vakje van de loopladder belandt en uw rechtervoet in het eerste vakje. U maakt als het ware een ski beweging.
3. Spring gelijk door waarbij uw linkervoet nu in het eerste vakje van de loopladder landt en uw rechtervoet naast het tweede vakje van de loopladder.
4. Zorg er voor dat u aan het einde van de loopladder op volle snelheid bent.
1. Begin in de startpositie met uw gezicht naar de loopladder toe.
2. Deze oefening wordt enkel uitgevoerd met 1 voet. Spring met uw linkervoet in het eerste vakje en hinkel vervolgens schuin naar voren waarbij uw linkervoet naast de tweede trede van de loopladder landt.
3. Hinkel naar het tweede vakje en hinkel schuin naar voren waarbij u nu rechts naast de derde trede landt.
4. Zorg er voor dat u aan het einde van de loopladder op volle snelheid bent, let echter wel goed op uw houding en land enkel op de bal van uw voet (dus de hak raakt de grond niet aan).
5. Wissel de startvoet af.
1. Begin in de startpositie met uw gezicht naar de loopladder toe.
2. Spring met beide voeten in het eerste vakje van de loopladder en spring gelijk schuin naar voren waarbij uw voeten naast de tweede trede van de loopladder landen.
3. U sprint door naar het tweede vakje van de loopladder en springt nu schuin naar voren maar landt nu rechts naast de trede. U maakt dus een zigzag beweging.
4. Zorg ervoor dat u aan het einde van de loopladder op volle snelheid bent.
1. Begin in de startpositie met uw gezicht naar de loopladder toe.
2. Stap met uw rechtervoet in het eerste vakje van de loopladder.
3. Ga met uw linkervoet achter uw rechtervoet langs en plaats deze naast het eerste vakje van de loopladder schuin achter uw rechtervoet.
4. Plaats uw rechtervoet naast het eerste vakje van de loopladder naast de linkervoet.
5. Stap met uw linkervoet in het tweede vakje van de loopladder en ga nu met uw rechtervoet achter uw linkervoet langs en plaats vervolgens uw linkervoet weer naast de rechtervoet.
6. Vervolg deze stappen voor de gehele loopladder.
1. Begin in de startpositie met uw gezicht naar de loopladder toe.
2. Stap met uw linkervoet in het eerste vak van de loopladder en sluit uw rechtervoet bij in het eerste vakje van de loopladder.
3. Zodra uw rechtervoet in het eerste vakje van de loopladder landt verplaatst u uw linkervoet naast het eerste vakje van de loopladder.
4. Spring met uw rechtervoet recht naar voren zodat deze in het tweede vakje van de loopladder uitkomt en sluit uw linkervoet bij.
5. Zodra uw linkervoet is aangesloten springt u met uw rechtervoet naast het tweede vakje van de loopladder.
6. Vervolg de bovenstaande stappen voor de rest van de loopladder.
4:4 van 3-1 naar 4-0
0 minutenAls er niet direct kan worden geschoten, wordt de bal opzij gespeeld en vervolgens naar de uitlopende afvang gespeeld.
De eerste inspeler is inmiddels richting de zijkant gelopen en zodra de bal diep gaat, komt zij naar binnen voor een doorloopbal, die van opzij wordt aangegeven.
Doorbraak is dan altijd aan de bal kant.
De vierde speler in de paalzone komt voor de afvang en als dat niet nodig is kan die gelijk achter wegstappen.
Na onderschepping wordt de bal naar de middenlijn gespeeld.
De overige spelers oefenen de vrije bal en/of strafworp
Afsluiting
0 minutenSpeel 4:4. Speel ruim, laat de bal snel gaan.
verzorg afvang en steun