Zet palen tegenover elkaar op 20m van elkaar. (eventueel in het midden een pilon) Per paal heb je twee of 3 speelsters. Van elke paal start een dame en loopt naar het midden, daar draaien ze om elkaar heen en nemen op de eigen korf een doorloopbal. De aangeefsters lopen direct door naar het midden en draaien om elkaar heen en nemen een doorloopbal. Met drietallen kun je hier ook een uitwijkbal of afstandsschot laten maken. De loopafstanden zijn van belang voor de duur conditie.
In het 3:3 komen alle functies goed aan bod. Welk drietal scoort als eerste 3x
bij ongelijke aantallen nemen de rest van de speelsters strafworpen en oefenen de vrije bal