Gedeelde Training

20240409 sen 1
Benodigde materialen
  • 1 x Ballen
  • 1 x Korf
  • 4 x Hoedje
Diversen
Totale duur training:
90 min.
Niveau:
  • Senioren
8 Oefeningen
M-sprint
5 min.
Schot spelletje
15 min.
Doorloopbal, na verleggen via lopend blok
5 min.
Afstandsschot na dubbelen (20)
10 min.
Totaal
90 min.
Oefeningen
Technieken
Doorloopbal : Basistechniek, Aangeef - Warming-up - Conditie
  • De korven staan in het midden van het vak/veld in lengte-richting
  • Speler met bal onder de paal.
  • Speler 1 neemt de doorloopbal en loopt door naar speler 3. Die neemt een doorloopbal en gaat naar de plek van 1. 
    • 3 minuten van lijn naar lijn lopen en doorloopballen scoren aan voorkant onderhands en aan de achterkant bovenhands. Op 50% snelheid. Na elke minuut wisselt de aangever door zonder dat de oefening stil valt.
    • 3 minuten op 75%
    • 1,5 minuut 100% maar rustig uitlopen
    • 3 minuten op 75%
    • 3 minuten op 50%
M-sprint
5 minuten
Technieken
Conditie - Kracht
Deze oefening is conditioneel en heeft als doel het wenden en keren te oefenen op hoge snelheid.Oefening:
  • Vanaf de achterlijn bij een volleybalveld sprint je naar de verste 3 meterlijn.
  • Dan ga je terug naar de eerste 3 meter lijn.
  • Vervolgens sprint je naar de achterlijn en gaat op dezelfde manier terug:
    • Via de verste 3 meterlijn, 
    • De eerste 3 meterlijn
    • De achter -begin- lijn. Dit is 60 meter.
  • Tik steeds de lijn aan. 4 x.
  • Na de eerste keer 15 seconden rust.
  • Na de tweede keer 15 seconden rust.
  • Na de derde keer 30 seconden rust.
Technieken
Doorloopbal - Passing - Conditie
Benodigde materialen
1 x Ballen , 1 x Korf
  • De speler gaat de speedladder af van de linkerkant naar het midden. Daar ligt de bal klaar op de grond, 
  • Deze bal wordt naar binnen gespeeld en dan loopt degene die de ladder liep om de ladder heen en snijdt met snelheid naar binnen.
Schot spelletje
15 minuten
Technieken
Schot : Basistechniek, Uit beweging
Werk met 3-tallen bij een paal. Je krijgt elke keer een andere schot opdracht. Je schiet steeds om de beurtWelk 3-tal wint de meeste opdrachten?
  1. 10 doorloopballen bovenhands
  2. 10 schoten van 5 meter
  3. 10 doorloopballen onderhands
  4. 10 schoten van 2 meter
  5. 10 schoten van 4 meter acter de korf
  6. 10 doelpunten na beweging naar links
  7. 10 doelpunten na beweging naar rechts
  8. 10 schoten buiten de 7 meter
  9. 10 doorloopballen in volle sprint
  10. 10 strafworpen zonder te missen
Doorloopbal, na verleggen via lopend blok
5 minuten
Technieken
Aanval : 4-0, 3-1 - Doorloopbal : Aangeef - Passing : Gooien, Vangen, Timing
  1. speler A speelt op B
  2. B plaatst door op de naar de zijkant uitlopende C
  3. C speelt door op de naar de punt van de cirkel inlopende D en C dreigt naar binnen
  4. B loopt na de pass op C om C naar de korf en krijgt de doorloopbal aangegeven van D
  5. A is inmiddels naar het achtervak gelopen om aan te vullen als dat nodig is.
Afstandsschot na dubbelen (20)
10 minuten
Technieken
Schot : Basistechniek, Uit beweging
  • De schutter speelt de bal in op de steun.
  • De schutter krijgt de bal na een korte beweging naar links of rechts teruggespeeld.
  • De schutter schiet op doel.
  • De afgevangen bal wordt direct weer op de schutter gespeeld.
  • De schutter speelt de aangeef weer aan.
  • De schutter komt opnieuw vrij op bijna dezelfde plek als het eerste schot.
  • Na 2e schot wordt de aangever schutter en krijgt de bal aangespeeld van de afvanger
  • De afvanger komt in de steun en de eerste schutter wordt afvanger.
  • scoor met je 3 tal 20 x
  • De oefening kan ook met 4-tallen worden gespeeld.
  • In de afvang wordt het duel aangegaan tussen 2 spelers, een aanvaller en een verdediger, waarbij de verdediger voor verdedigd en de ballijn dicht houdt voor een doorbraak.
  • Als de aanvallende afvang de bal heeft, mag hij een kort schotje maken, als hij niet wordt verdedigt
Technieken
Rebound
Benodigde materialen
1 x Ballen , 4 x Hoedje , 1 x Korf
Met 4 spelers:
  • Iedereen staat op 5 meter van de korf bij zijn/ haar pion. Spelers die een team vormen zetten zich in de diagonaal. 
  • Eén speler heeft de bal en schiet.
  • De anderen gaan het rebound duel aan - de schutter eventueel ook-.
  • Wie de bal heeft, mag als team aanvallen.
  • Maximaal 2 kansen.  
  • Wie heeft als eerst X goals?
Met 3 spelers:
  • De speler die vangt vormt een team met de schutter.
  • 2 tegen 1 om aan te vallen
Draai na elke aanval door. 
Technieken
Algemeen
Speel 4:4 waarbij de getrainde oefeningen afwisselend terugkomen.
  • Het team wat scoort neemt na een doelpunt een vrije bal.
  • Als de vrije bal zit, neem je ook een strafworp.
  • Als je alles scoort, ga je door.
  • Na 3 onderscheppingen wordt er gewisseld van functie.