Volleybaloefening: elkaar 'de moeder' serveren
Elkaar 'de moeder' serveren
- Voorbereiding:
- Hang een lint aan het net op de plek waar de spelverdeler de bal in zijn handen wil hebben.
- Het lint is het doel waar de passers op mikken.
- Er staan 3 passers in het achterveld én een spelverdeler staat aan het net.
- Er wordt continu op de passers geserveerd, waarbij de serveerders MOETEN scoren.
- (laag over het net en zo diep mogelijk; als de passers zich anders gaan opstellen dan moeten de serveerders daarop reageren).
- Er wordt gepasst naar de spelverdeler en die tikt de bal door, geeft een set-up of vangt af (bij een niet te verwerken pass).
- De trainer vangt de set-up af; als de oefening goed loopt kan een aanvaller worden toegevoegd.
- Na 10 individuele goede passes mag een passer wisselen met een serveerder naar keuze.