Basketbaloefeningen
1. De spelers dribbelen naar de paal en passeren deze met een cross over.
2. Vervolgens dribbelt de speler richting de bucket en maakt af met een floater.
3. Let op de balans en het voetenwerk.
4. De coach neemt plaats in het midden van de bucket met de handen omhoog.
1. De spelers dribbelen naar de paal en passeren deze met een cross over.
2. Vervolgens dribbelt de speler richting de bucket.
3. De speler finisht met een Euro step, langs de pionnen heen.
4. Eventueel kan er een verdediger inlopen vanaf de baseline welke de aanvaller moet passeren.
- 4 pionnen met lintjes opstellen (laag bij de grond)
- 1 basketbal per persoon
1. De speler springt met 2 voeten tegelijkertijd over het lint, terwijl hij de basketbal op borsthoogte voor zich houdt.
2. De speler springt achteruit weer terug naar het midden.
3. In het midden maakt de speler een sprong waarbij de basketbal omhoog wordt gebracht (gestrekte armen) en de speler een draai van 180 C maakt.
4. De oefening herhaalt zich met het gezicht naar de andere kant.
- 4 pionnen met lintjes erover heen gespannen (per 2 pionnen 1 lintje). Let op dat de optstelling niet te hoog boven de vloer mag zijn. Gebruik daarom lage pionnen of spots.
1. De speler begint naast de pionnen.
2. De spelers springen van rechts naar links over de lintjes heen in 'schaatssprongen', waarbij steeds het gewicht op het buitenste been wordt gezet.
3. Let op dat de spelers laag zitten en steeds met maar 1 been landen en vanaf dit been ook weer afzetten.
Speler 1 heeft 2 ballen en dribbelt met beide ballen naar de pion.
Speler 2 cuts vanaf de hoek naar de wing.
Speler 1 maakt een 1 hand push pass naar speler 2 op de wing.
Met de andere bal maakt speler 1 een cross over en schiet de bal.
Speler 2 maakt een jump shot.
Doel:
split the low post trainen
Organisatie:
- 5 staat extreem diep, bij de onderste streep
- zodra 3 begint te dribbelen, gaat 1 screenen voor 5
- die steekt over naar het blok aan de andere kant (plaatje 2)
- 1 vult de guardpositie op (plaatje 2)
- zodra 3 de post (5) heeft aangepasst, snijdt hij bovenlangs naar de ring
- tegelijkertijd sprint 1 naar de hoek voor het schot
5 heeft 3 opties:
1) 3 aanpassen voor de lay up
2) 1 aanpassen voor het schot
3) zelf 1 tegen 1 spelen tegen 6
Teaching points:
- timing: de pass op de center moet komen op het moment dat hij op het blok aankomt
- bij de split voldoende ruimte laten voor de (bounce-)pass
- 1 sprint direct naar de hoek zodra de pass gegeven wordt, zodat verdediger 4 gehinderd wordt door in insnijdende 3 en zijn verdediger
Variaties:
- als voorbereiding 3 tegen 0 laten lopen en systematisch de verschillende opties doorlopen
- links en rechts
- onderlangs snijden
Rijtje onder de basket, 2 in de middencirkel en twee op de out.
- Rijtje past naar Out (en loopt rechtdoor naar de andere basket)
- Out passt naar midden
- Midden passt naar de inlopende speler.
- 2 rijtjes op de middelijn en een outlet.
- Rechts begint met bal en loopt een lay-up en link vangt dat af zo hoog mogelijk.
- De afvanger passed naar de outlet en de outlet naar de volgende man in het rechter rijtje. enz.
- Na een gewenst aantal scores doet u hetzelfde aan de andere kant.
De spelers oefenen met de overhead pass (met 2 handen, van boven het hoofd) en variëren daarbij met afstand spelers staan in een cirkel met 1 speler in het midden.
- 1 speler begint en gooit de bal met een chest pass naar de speler in het midden.
- Vervolgens loopt de eerste speler de bal achterna naar het midden.
- De speler die in het midden staan gooit de bal naar de volgende speler in de cirkel en loopt daar vervolgens achteraan enz.
De spelers staan in een cirkel en passen de bal naar elkaar.
- Ze mogen zelf weten naar wie ze gooien en welke pass variant ze gebruiken.
- Om de oefening moeilijker te maken kunnen meer basketballen gebruikt worden.
Doel:
- schot van de elleboog
- outlet pass na score
- overhead pass van low post naar elleboog
Organisatie:
- na schot rebounden en direct over de achterlijn stappen en de bal innemen
- steeds achter je bal aan en de volgende positie innemen
- stel een doel; bijv 30 schoten raak
Teaching Points:
- in de laatste stap de bal boven het hoofd brengen en het gezicht naar het veld draaien
- strakke overhead pass naar de outlet
- hoog vragen om de bal
- pass de bal in de schothand aan
Variaties:
- linksom en rechtsom
- wachttijd op de forwardpositie opvullen met fake passes
- andersom: na score passen naar de elleboog en schieten vanuit de hoek
Doel: één pass weg verdedigen
Organisatie:
- aanvallers gebruiken kwart veld
- proberen vrij te komen met in-out of snijden
- eerst balans herstellen door de 3 posities te bezetten voor je opnieuw snijdt
- verdediger overspeelt als zijn man met één pass aanspeelbaar is
- aanvaller mag dribbelen
- een wachtende speler telt 20 seconden af
Teaching Points:
- hand in de passlijn
- voorvoet in de passlijn
- vang je man op met je onderarm
- 3/4 van je aandacht op de man, 1/4 op de bal
- GEEN help
- wissel na x stops
Spelvorm:
- elke ploeg krijgt 5x balbezit
- wie maakt de meeste stops
Doel:
- schot van de elleboog
- outlet pass na score
- overhead pass van low post naar elleboog
Organisatie:
- na schot rebounden en direct over de achterlijn stappen en de bal innemen
- steeds achter je bal aan en de volgende positie innemen
- stel een doel; bijv 30 schoten raak
Teaching Points:
- in de laatste stap de bal boven het hoofd brengen en het gezicht naar het veld draaien
- strakke overhead pass naar de outlet
- hoog vragen om de bal
- pass de bal in de schothand aan
Variaties:
- linksom en rechtsom
- wachttijd op de forwardpositie opvullen met fake passes
- andersom: na score passen naar de elleboog en schieten vanuit de hoek