Korfbaloefeningen voor de techniek 1,5 meter / corona / covid-19
Tweetallen:
- Nummer 1 voor de korf (6 meter),
- Nummer 2 met bal onder de korf. 1 pion links of rechts van de korf op ongeveer 4 tot 6 meter.
- Nummer 2 gooit de bal naar nummer 1.
- Nummer 1 legt de bal op de grond en rent naar de pion en gaat er omheen richting de korf.
- Ondertussen rent nummer 1 naar de bal op de grond en speelt de bal naar de nummer 2 voor een diepte doorloopbal.
- Dit herhaald zich vervolgens totdat er 8 doorloopballen zijn gemaakt.
- Belangrijk is het tempo:
- De lopers mogen niet stilstaan, maar je mag niet te traag gaan lopen.
- De timing van de passing moet correct zijn.
Circulatie warming-up
- Deze bestaat uit het losjes inlopen gedurende 5 à 10 minuten met verschillende lichte bewegingsvormen voor armen, benen en romp.
- Hierdoor breng je de functie van het hart, de longen, het zenuwstelsel en het spierapparaat actief op een hoger niveau dan het rustniveau.
Rekken en stretchen
Tweetallen:
- Nummer 1 met bal begint voor de korf.
- Nummer 2 staat links of rechts voor de korf.
- Nummer 1 gooit naar nummer 2 en trekt vervolgens weg naar de kant waar nummer 2 niet staat.
- Dus staat nummer 2 links van de korf, loopt nummer 1 naar de rechts
- Nummer 2 gooit de bal naar nummer 1, waarna nummer 1 tot schot komt.
- Nummer 1 moet zijn eigen bal afvangen
- Tijdens het schot van nummer 1, sprint de nummer 2 naar de pion, die op een willekeurig plek op het veld staat
- plaats op het veld is afhankelijk van niveau kind
- Schiet nummer 1 raak heeft diegene één punt, vangt de nummer 1 de bal af voordat nummer 2 bij de pion is, krijgt de nummer 1 óók een punt.
- dus mogelijkheid om 2 punten te halen
- Wissel van functie.
- Wie als eerste 6 punten haal, heeft gewonnen (variatie mogelijk)
- Is het sprinten te makkelijk: Voeg een extra pion toe, waardoor de sprint afstand groter wordt en er bijvoorbeeld een snelle bocht gemaakt wordt.
- Begin- en eindlijn, dopjes liggen verspreid door het veld.
- Aantal dopjes is aantal spelers in team x 2.
- Dopjes worden 1 voor 1 naar eindlijn gebracht, het team dat als eerste klaar is wint.
- Wedstrijdje sprinten.
- De dames tegen elkaar en de jongens tegen elkaar.
- Degene die als laatste aankomt is af.
- Je herhaalt dit net zolang tot er een winnaar is.
- Eerst de dames, dan de jongens, dan de dames weer enz.
- Wissel het dus af, zodat ze even rust krijgen.
- de aanvaller mag alleen vrijkomen door een zijwaartse beweging voor de korf, er mag dus geen diepte gemaakt worden!
- er mag geen doorloopbal gemaakt worden (dat is immers een diepe lijn)
* Wie van de drie schiet het meeste doelpunten erin?
- Ze lopen heen en weer net als rijtjes oefening,
- maar gaan nu op commando oefeningen doen.
- Zoals bijv knieenheffen, billentikken, de grond aantikken en omhoog springen, huppelen, zijwaarts springen, hinkelen
per 2 tal of max 3 tal 1 korf
korven in het midden van de zaal
nummers 1 rennen van achterlijn naar halverwege krijgen bal toe gespeeld van nr 2. nr 1 sprint terug naar achterlijn. Is de bal goed gegooid en gevangen doorgaan anders opnieuw starten.
nr 1 sprint naar pion 2,5 meter voor korf maakt strafworp sprint terug naar achterlijn.
Als punt gescoort wisselen van functie zo niet doorgaan tot punt gescoord is.
Welk 2 tal heeft als eerste 6 punten?
Variant met uitwijkbal of doorloopbal ipv strafworp.
- Voor de paal beweeg eerst naar links krijg de bal (vang met linkerhand), gooi terug met linkerhand.
- Beweeg naar rechts (vang met rechterhand), gooi terug met rechterhand.
- Weer naar links en schieten. 1 speler doet dit totdat hij of zij 3x heeft gescoord en dan wisselen.
- Vierkant maken met 3 pilonnen en 1 paal. (bij vier spelers).
- Wanneer je 5 spelers hebt breid je deze uit met een vierde pilon.
- Er wordt snel gepast van pilon 1 tot de laatste pilon.
- Deze probeert te scoren. Na pass of schieten draait iedereen direct een pilon verder.
- Voor de oefening: herhalen hoe we goed gooien en vangen.
- De nadruk ligt niet op het schieten.
- 1 speler staat voor de korf
- er wordt geschoten.
- er staat een vanger achter de korf die de bal zo snel mogelijk probeert te vangen.
- gevangen?
- snel en goed gooien naar je medespeler.
- variant: 2 personen bij een korf (kan ook met meer)
- Doel van het spel is om als eerste de cijfers van 1 t/m 100 op te schrijven.
- Twee speler spelen tegen elkaar.
- Degene die als eerste 2 doelpunten maakt
- trainer kiest op welke manier) mag beginnen met schrijven.
- Deze schrijft zo snel mogelijk de cijfers 1, 2, 3, 4, enz op.
- De andere speler scoort intussen 2 kleine kansen.
- Als dat is gelukt, roept hij/zij STOP en pakt het potlood of de pen en gaat op zijn papiertje ook de cijfers van 1 t/m 100 opschrijven.
- De ander gaat nu kleine kansen nemen.
- Zo gaat dit door tot iemand de 100 heeft bereikt.
- Wie van het tweetal wint?
- Dit kan ook met een schot van 3 meter of in drietallen met doorloopballen.