Korfbaloefeningen
- 1 schutter en 2 of 3 aangevers, ieder met een bal.
- Schutter wordt gebombardeerd met ballen en schiet zo snel mogelijk.
- Na 90 sec wisselen
- Wie scoort het meest
- 16 hoepels (of iets anders om vakken te maken) per 4 tal.
- Na 2x scoren van 5 meter met je tweetal mag je een pion plaatsen in een van de hoepels.
- Wie het eerst 4 op een rij, horizontaal, verticaal of diagonaal, heeft wint.
- Kan ook met 3 (melk, boter, kaas en eieren).
- Er is een vak waarbinnen de spelers moeten blijven.
- Twee spelers hebben een bal en proberen de andere spelers zonder bal aan te gooien.
- In fase 2 gaan we naar 1 bal.
- Wordt iemand aangegooid, kan deze speler zich terugspelen in de wedstrijd door een doelpunt te maken op de korf die buiten het speelveld staat.
Eerst mag je als speler in balbezit lopen met de bal
Nadien mogen de spelers met de bal niet meer lopen
Speel 3 tegen 3 tegen 3 op 2 palen
- Opdracht is om zo dicht mogelijk bij de korf vrijkomen. Geen steun en rebound neerzetten. Als je vrij staat, moet je schieten
Hoogstwaarschijnlijk gaan er enorm veel passen gegeven worden zonder kansen.
Bijsturen: elke bal aannemen met de intentie om te schieten
- Vanaf je in de 3 tegen 3 zit, moet er binnen de 4 passes geschoten worden. Het is dus belangrijk om effectief vrij lopen, en je moet dan ook gaan schieten. (de passing wordt nu belangrijk)
Belangrijk is om alleen de pass te gooien als je denkt dat iemand kan schieten
Belangrijk is ook om enkel de pass te gooien wanneer jij denkt dat je medespeler kan schieten. Je moet ook iedereen in elke positie kunnen vrijspelen. Hou de bal dus hoog.
En als alles goed is, probeert iedereen dus vrij te komen. Daardoor is elke verdediger met zijn aanvaller bezig, en moet er dus ook geen statische rebound worden gezet. Zo kan iedereen gevaarlijk zijn.
Wat is er belangrijk om te scoren? Schieten.
Wat is er belangrijk om tot schot te komen? Vrij staan
Wat is er belangrijk wanneer je vrijloopt? Klaar zijn om te schieten! Tenen en schouders wijzen naar de korf. Eigenlijk loop je in cirkel rond de paal.
- 3x schot, daarna doorloopbal tot 20
- Pionnen uitzetten in grote cirkel. rondjes lopen
- Begin met 'joggen' tussen de pionnen door (slang beweging);
- Armen om de beurt mee draaien (opwarmen).
- Op aangeven van de trainer "ja" korte sprint naar het midden en weer terug;
- Bij "doel" sprint naar paal en 5 doorloopballen.
- Volgende oefening :
- Zig-Zag (van links naar rechts) tussen de pionnen door,
- Ren zijwaarts buitenlangs, en maak regenbogen (knie omhoog) met de linkervoet over iedere pion.
- Ren zijwaarts (binnenlangs) en maak regenbogen (knie omhoog) over iedere pion (met rechtervoet).
- Korte dribbel met de voeten voorwaarts en achterwaarts tussen de pionnen door, wel doordraaien.
- 2 spelers schieten van N<O<Z<W.
- 1 begint achter de korf en 1 ervoor.
- Als je scoort schuif je een windrichting op.
- Gewonnen als je je tegenstander ingehaald hebt.
- Pionnen op 1,2,4,6,8 meter.
- 2 schotkansen per pion, indien allebei mis 1 pion naar voren.
- Wissel na 10 schoten.
- Wie komt het verst in x minuten.
Per 6 aan de korf:
- 2 aanvallers met elk een verdediger en 2 vrije aanvallers.
- De aanvallers moeten trachten uit samenspel de bal in de aangeef te krijgen.
- Deze mag enkel gebracht worden door een aanvaller met een verdediger.
- Nadat deze staat, mag er voor het schot gegaan worden door de andere aanvallers + 2de kans.
- Hoe neem ik de steunlijn weg?
- Wat is de juiste manier om dit te doen?
Verdeel de groep in verschillende teams. Gebruik hiervoor speelkaarten en herverdeel na elke opdracht. Winnend team verdient elk een punt:
- Schot op 4 meter uit beweging: scoor 10x
- Doorlopers: scoor 15x
- Schot uit beweging 4 meter achterkant korf: scoor 8x
- Strafworpen: scoor 15x
- Schot uit beweging 6 meter: scoor 7x
- Doorlopers met 1 hand: scoor 12x
- Strafworp achterkant korf: scoor 12x
- Vrije worpen: scoor 8x
- Schot (2p), doorloper (1p), korte kans (1p): haal 20 punten
- Uitwijk en doorloper: beide binnen is 1p. haal 8 punten
- 9 of 10 spelers per vak.
- De korven staan in de hoek
- Onder elke paal staat een aangever met bal.
- Vanuit het midden neem je een doorloopbal en vangt zelf de bal af.
- De aangever loopt naar de rechter pilon en sprint vervolgens naar het midden.
- Van daaruit wordt een vrije korf gezocht en een doorloopbal genomen.
- De oefening is klaar als iedereen 20 x heeft gescoord.
- Werk met drietallen.
- De bal wordt onder de korf gespeeld en je loopt uit naar voren.
- Je krijgt de bal teruggespeeld en je schiet.
- De derde dame vangt vanaf de zijkant de bal af en speelt deze door naar de uitgelopen aangever.
- Deze speelt weer in en zo ga je door.
- Scoor 10 x vanaf de linkerkant en 10 x vanaf de rechterkant
- Werk met drietallen.
- De beide pilonnen staan 6 meter voor de korf en ongeveer 7 meter uit elkaar (gelijkbenige driehoek)
- De speler met de bal speelt de bal naar de andere speler voorin.
- En wisselt van plaats met de speler onder de korf.
- Voorin wordt de bal weer teruggespeeld op de nieuwe speler en de andere speler wisselt met de speler onder de korf.
- Je mag de bal niet langer vasthouden dan 2 seconden.
- We lopen 4x 2 minuten en er is steeds een halve minuut rust.