Korfbaloefeningen voor de techniek warming-up
- Verdeel in groepjes van 2 of 3 spelers.
- Per groepje een X aantal pionnen in het midden. (bijvoorbeeld 2)
- Spelers voeren een opdracht uit.
- Wat precies maakt niet uit, kan schot uit beweging zijn van 4 meter, kan strafworpen zijn etc.
- Bij een X aantal doelpunten mag het groepje een pion pakken uit het midden.
- Geen pionnen meer in het midden?
- Dan mag je ze bij een andere groepje pakken.
- Wie als eerste een X aantal pionnen heeft wint.
- Dit moet meer zijn dan dat er per groepje aan pionnen in het midden ligt!
- (Als er per groepje dus 2 pionnen in het midden liggen, dan moet het aantal pionnen om te winnen dus 3 of meer zijn)
- Maak groepjes van 2/3 spelers.
- 1 Jenga toren staat in het midden van de palen.
- Je gaat een lijstje oefeningen afwerken.
- Voor elke oefeningen krijgen alle groepjes 1 minuut de tijd zo veel mogelijk te scoren.
- Het aantal doelpunten bepaalt de volgorde voor het trekken van een steentje uit de Jenga toren.
- Meeste doelpunten begint.
- Bij gelijk aantal doelpunten steen, papier, schaar.
- Het team dat op welke manier dan ook de toren omgooit is de verliezer.
- Dit is dus ook als er een bal tegenaan rolt!
- Met 3 of 4 tal combineren in een ruimte.
- Alles met 1 hand.
- Probeer zowel met links als rechts te gooien en te vangen.
- Je blijft steeds bewegen in een rustige looppas.
- Na een 5 tal minuten deze oefening herhalen met een passieve tegenstander.
- Palen in een vierkant
- Per paal een aangever
- Overige spelers nemen doorloopballen vanuit het midden.
- In plaats van afmaken doorloopbal trekt kort weg achter paal.
- Degene die aan kwam lopen loopt door, trekt 1 keer extra weg, krijgt de bal en komt tot schot.
- Door wisselen na elk schot.
- Verdeel de groep in 2en.
- Zet de palen zo neer dat het vanuit het midden ongeveer 5 meter is tot elke paal.
- 1 deel van de groep begint onder een paal in de afvang.
- Het overige deel begint in het midden, ruggen dicht bij elkaar.
- Doel is op elke paal scoren.
- Als je op een paal scoort tik je iemand anders aan en wissel je van plek.
- Net zo lang tot de speler op alle palen heeft gescoord.
- Alle speelsters liggen verspreid over de speeloppervlakte.
- 1 speler start als “jager” en 1 speler als “prooi”.
- De “jager” probeert de “prooi” te vangen.
- De “prooi” kan ontsnappen door weg te rennen of naast een andere speler op de grond te gaan liggen.
- Deze speelster wordt nu de “jager” en de oude “jager” wordt de “prooi”.
2 vs 2 toernooi (8 spelers) of 3 vs 3 (12 spelers) | 9 minuten
> Elke ronde duurt 3 minuten. Winst = 3 punten | Gelijkspel = 1 punt | Verlies = 0 punten. Per doelpunt 2 punten.
> Na elke wedstrijd 5 om 5 schieten van 3 meter. Elke treffer = 1 punt.
Ronde 1: Team A vs Team D | Team B vs Team C
Ronde 2: Team D vs Team B | Team A vs Team C
Ronde 3: Team C vs Team D | Team B vs Team A
2 vs 2 toernooi (10 spelers) of 3 vs 3 (15 spelers) | 15 minuten
Ronde 1: Team E vs Team B | Team C vs Team D (Team A ernaast)
Ronde 2: Team A vs Team E | Team B vs Team C (Team D ernaast)
Ronde 3: Team A vs Team D | Team E vs Team C (Team B ernaast)
Ronde 4: Team D vs Team B | Team C vs Team A (Team E ernaast)
Ronde 5: Team D vs Team E | Team B vs Team A (Team C ernaast)
2 vs 2 toernooi (12 spelers) of 3 vs 3 toernooi (18 spelers) | 15 minuten
Ronde 1: Team A vs Team F | Team B vs Team E | Team C vs Team D
Ronde 2: Team E vs Team A | Team F vs Team D | Team B vs Team C
Ronde 3: Team A vs Team D | Team E vs Team C | Team F vs Team B
Ronde 4: Team C vs Team A | Team D vs Team B | Team E vs Team F
Ronde 5: Team A vs Team B | Team C vs Team F | Team D vs Team E
Team met de meeste punten = eindwinnaar
- Door de touwladder lopen
- 2 voeten in ladder (rug recht, knieën hoog heffen +arm ondersteuning)
- 2 voeten in de ladder, 2 voeten ernaast en dan vooruit weer 2 voeten in de ladder met squat als de voeten buiten de ladder zijn
- De ali shuffle 1 voet in de ladder 1 voet buiten de ladder en de heup indraaien, dan wisselen andere voet in en buiten de ladder (met sprongetje)
- Zijwaarts hinkelen, in en uit de ladder
- Sprintje langs de ladder met korte pasjes en arm ondersteuning
- Met tweetal op de korf schieten tussen de 3 en 5 meter
- Na 5 schoten wisselen van functie
- 15x scoren
- Idem maar nu wordt de bal bewust ongeveer 0,5 meter naast het lichaam geplaatst
- Loop/spring in de bal
- 10x scoren
- Steeds 5 keer door de touwladder waarbij je rustig begint en elke keer je snelheid iets verhoogt, zodat de 5e keer op volle snelheid is
- Er door heen lopen met twee voeten in de ladder
- 2 voeten binnen de ladder/ twee voeten buiten de ladder met knie in hoek van 90 graden
- 2x links hinkelen van links op zij, naar het midden, dan 2x rechts hinkelen naar rechts opzij en rechts er weer in
- Zijwaarts 2 voeten er in en twee er uit
- 2 voorwaarts, 1 achteruit, 2 voorwaarts enz
- Doorloopbal na zigzag beweging door hoedjes
- 15x scoren
- Afstandsschot van 5 meter
- 5x scoren per persoon
- Springen waar je staat:
- Ga staan met je voeten op schouderbreedte uit elkaar.
- Concentreer je op een punt op de vloer en hop op en neer op de plek waar je staat.
- Zijwaartse sprong:
- Sta rechtop, houd je handen voor je en spring van zij naar zij.
- Butt Kicks:
- Sta rechtop, en blijf staande rennen op je plaats terwijl je je hiel omhoog schot raak je billen aan bij elke stap.
- High stepping:
- Hef het been met de knie in een hoek van 90 graden.
- Wissel dit snel af met het andere been.
- Staande fiets crunches:
- Ga met je voeten op schouderbreedte uit elkaar staan.
- Breng je knie naar je tegenovergestelde elleboog.
- Ga terug naar de startpositie en herhaal met de andere kant (buik / benen)
- Sumo squat:
- Ga met je voeten 6-12 cm uit elkaar staan.
- Strek je armen voor je uit.
- Laat je lichaam zakken totdat je dijen evenwijdig aan de vloer zijn.
- Keer terug naar de beginpositie en herhaal de oefening (benen / billen)
- Touwtje springen zonder touw:
- Houd je armen langs je zij en doe alsof je in elke hand het uiteinde van een springtouw vast hebt.
- Spring omhoog en kom afwisselend neer op de bal van elke voet, terwijl je tegelijk je polsen draait alsof je een touw laat rondgaan.
- Touwtje springen zonder touw:
- Houd je armen langs je zij en doe alsof je in elke hand het uiteinde van een springtouw vast hebt.
- Spring met 2 voeten ophoog, terwijl je tegelijk je polsen draait alsof je een touw laat rondgaan.
- Arm Swings met de klok mee:
- Sta op de grond met je armen recht uitgestrekt naar de zijkant op schouderhoogte.
- Beweeg je armen snel in grote cirkels met de klok mee (armen)
- Arm Swings tegen de klok in:
- Sta op de grond met je armen recht uitgestrekt naar de zijkant op schouderhoogte.
- Beweeg je armen snel in grote cirkels met tegen de klok in (armen)
- Toy soldiers:
- Begin met je voeten op schouderbreedte uit elkaar. Houd je benen en armen gestrekt.
- Schop je linkerbeen omhoog tot je rechterhand je tenen aanraakt.
- Herhaal dit met de andere kant (buik / benen / arm / schouder)
Voortbewegen met bal
- Bal voor je houden en lopen / hakken-billlen / knieheffen
- Bal boven je hoofd houden en schuiven / kruispas
- Bal voor je houden, maak een grote stap naar voren en zak door je knieën tot een hoek van ongeveer 90°. (Lunges)