Voetbaloefeningen
- Aanvallers kunnen scoren in een groot doel
- Verdedigers moeten de bal onderscheppen ( voorkomen van doelpunten)
- De middelste speler van de aanvallers begint met de bal en speelt de bal naar een zijkant
- Aan de zijkant speelt de buitenspeler één tegen één met de verdediger, er volgt een voorzet waarbij de centrumaanvaller en de buitenspeler van de andere kant bijsluiten voor het doel
- Als de verdedigers de bal wegwerken draaien de aanvallers door en speelt een nieuwe aanvaller de bal in naar de andere zijkant
- Als de verdedigers de bal drie keer hebben onderschept, wisselen de verdedigers door
- Positioneel zeer goed verdedigen
- Tegenstander dwingen tot breedtespel
- Bal afpakken
- Dicht bij elkaar verdedigen / onderlinge afstanden
- Juiste moment herkennen om een aanval op de bal te doen
- Actief verdedigen
- Spel kunnen verplaatsen onder druk van de verdedigers
- Beide teams kunnen scoren op een klein doel
- Als de bal uit is, indribbelen
- Bij een achterbal of hoekschop indribbelen
- Positioneel zeer goed verdedigen
- Tegenstander dwingen tot breedtespel
- Bal afpakken
- Bal blijven zien
- Zonder overtredingen het scoren van de tegenstander beletten
- Overzicht houden, meer zien dan alleen directe tegenstander (rugdekking geven)
- Samenwerken (kleine ruimtes maken) om de tegenpartij op te houden
- Direct starten met dribbelen
- Snel handelen, direct kunnen passen
- 2 tallen spelers staan achter elkaar,
- achterste speler tilt been omhoog van de speler voor hem.
- de voorste speler gaat met andere been door de knieën.
2-tallen met de rug tegen elkaar tegelijk gaan zitten en weer opstaan.
- 2 tal tegen over elkaar gaan door de knieen in zithouding en komen omhoog en trappen afwisselend met de linker en rechterbeen naar voren.
- 2-tallen geven elkaar gekruist de hand (zie foto) en gaan door de knieën in zithouding.
- geef elkaar de rechter arm en ga door de knieën in zithouding.
- idem linker arm
- 30 sec jumping jackes
- 30 sec sit ups
- 30se squats
- 30 sec opdrukken en draaien arm omhoog
- 30 sec high knee running in place
- 30 sec lunges
- 30 sec plank
Bruggetje
Startpositie
- Ga op je rug liggen.
- Buig je knieën tot 90 graden en zet beide voeten plat op de grond.
- Je armen liggen langs je lichaam met je handpalmen naar beneden.
Actie
- Span je billen en buik aan.
- Til je billen van de grond om een rechte lijn te vormen met je knieën, heupen en schouders.
Moeilijkheid
- Om deze oefening te verzwaren: strek afwisselend je rechter en linkerbeen uit. houd daarbij je heupen in positie.
Veldopstelling:
Per groepje van 2 spelers 2 x 2 pionnen opstellen. Elke 2 spelers 1 bal.
Spelverloop:
De bal wordt door de ene speler opgegooid en door de andere teruggekopt. De onderstaande varianten moeten daarbij worden geoefend.
Varianten:
- Kop de bal terug in de handen van de speler.
- Kop de bal over de speler heen.
- Kop de bal via de grond richting de speler.
Tips:
- Zorg dat je vanuit je nek kopt en niet de bal gewoon laat stuiteren op je hoofd.
- Span altijd je arm spieren aan en beweeg je hoofd richting de bal.