Voetbaloefeningen voor de techniek conditie
Omschrijving
- Spelers beginnen bij pylonen
- Ballen liggen in het midden
- Spelers gaan op hun plaats trappelen
- Als trainer roept, gaan spelers richting ballen, 2-tallen bij 1 bal
- Trainer roept links en rechts, spelers gaan naar die kant toe
- Als trainer bal roept, moet je de bal met je handen pakken
- 4 pilonnen op een rij op 15 meter afstand van elkaar.
- Van de eerste naar de tweede pilon sprinten, eromheen en terug joggen naar de eerste pilon.
- Van de eerste naar de derde pilon sprinten, eromheen en terug joggen naar de eerste pilon.
- Van de eerste naar de vierde pilon sprinten, eromheen en terug joggen naar de eerste pilon.
- 4 keer herhalen, dus in totaal 12 sprints.
- Groot rechthoek, strafschopgebied.
- Groep opsplitsen in twee teams, geen wedstrijd.
- Teams starten tegelijk in tegenover gestelde hoeken.
- Eerst rustige looppas, ongeveer 40% van maximaal, op de lange zijde.
- Diagonaal op iets hoger tempo, ongeveer 60% van maximaal.
- Bij de pionnen in het midden houd je links aan.
- Als je weer op de lange zijde komt weer in rustige looppas 40% en de diagonaal weer 60%.
- Dit zo volhouden op tijd.
- Ter afwisseling kan je ook een halve slag draaien en op de korte zijde rustige looppas en dezelfde diagonaal gebruiken.
- Aanvaller doet oefening 4 keer.
- Aanvaller gaat bal ophalen en probeert via 1V1 te scoren in doel recht voor hem.
- Indien verdediger bal kan afpakken probeert hij te scoren in het doel aan de zijkant.
- 2 spelers staan tegenover elkaar
- Eentje is de aangever de ander de ontvanger
- De ontvanger ontvangt en kaatst terug
- De ontvanger dribbelt zonder bal zijwaarts een aantal meters
- De ontvanger krijgt de bal weer
- De ontvanger dribbelt zonder bal terug
- Speler 1 speelt een lange bal door de lucht naar speler 2.
- Speler 2 ontvangt de bal en geeft daarna een lange bal door de lucht naar speler 3.
- Speler 3 legt de bal klaar voor speler 4.
- Speler 4 geeft een lange bal door de lucht naar de volgende speler die klaar staat bij Pylon A.
- Bal achterna lopen op hoog tempo voor de conditionele prikkel.
- De oefening start bij speler A die de bal inspeelt op de vragende speler B.
- Speler B neemt de bal aan en legt deze af voor de inlopende speler A, daarna biedt hij zich aan bij speler C.
- Speler A speelt de bal door naar de vragende speler C, die op zijn beurt de bal inspeelt naar de inlopende speler B.
- Zodra hij de bal heeft afgelegd, start hij met een loopactie buitenom en gaat zich aanbieden bij speler D.
- Speler B neemt de bal aan en speelt die door naar de vragende speler D.
- Zodra speler B de bal heeft doorgespeeld start hij met een loopactie en biedt zich aan voor doel.
- Speler D ontvangt de bal en kaatst die terug naar de inlopende speler C.
- Zodra de bal is teruggespeeld start speler D met een loopactie buitenom.
- Daar ontvangt hij de diep gespeelde bal van speler C en speelt die in de loop van de inlopende speler B.
- Speler B werkt af op doel.
- Twee teams spelen tegen elkaar.
- De trainer geeft het signaal door een kleur te roepen.
- Vervolgens gaan de eerste van elke groep lopen naar de kleur van het potje dat de trainer aangaf.
- Daarna keren de spelers zo snel mogelijk terug en lopen door het poortje van de twee oranje kegels.
- De trainer speelt tegelijk een bal.
- Waardoor er een 1 tegen 1 ontstaat.
- Spelers spelen een match van bijvoorbeeld hier 8 tegen 8.
- Als er wordt gescoord, mogen ze een potje pakken van achter de goal en bij hun eigen potje zetten.
- Als alle potjes bij een goal weg zijn, is het klaar.
- Blauw past naar rood
- Blauw loopt naar de andere kant rond de kegel en daarna naar het potje
- Ondertussen loopt rood door de kegels en passt de bal schuin naar achter naar blauw
- Blauw werkt af
- Blauw past naar rood
- Blauw loopt naar de andere kant rond de kegel en daarna naar het potje
- Ondertussen loopt rood door de kegels en passt de bal schuin naar achter naar blauw
- Blauw werkt af
- De spelers staan aan de kant van hun eigen goal
- De trainer geeft iedereen een nummer van 1-4
- De trainer roept een nummer en wie zijn nummer hoort loopt naar de bal en speelt tegen het andere team waar ook iemand hetzelfde nummer heeft
- Na een paar minuten zullen er meer nummers in het spel komen