Voetbaloefeningen voor de techniek positiespel
- Maak hele kleine veldjes
- Zo leren ze voetballen op een kleine ruimte
- En om niet te panikeren als ze in balbezit zijn

- Je speelt 8 tegen 4.
- Hierbij ligt de essentie op bal veroveringen.
- Elk groepje van 4 speelt 2 minuten een positie spel.
- De gene die verliest doet 3 rondjes, de gene die tweede is 2 rondjes en de gene die wint doet er 1.
Dit doe je 2 sessies.

- Je speelt 3 tegen 3 met sprinten om het veld in te komen.
- Hierbij kan je de kaatser die aan de zijkant staan gebruiken om te spelen.
Coach momenten:
- Hoog druk
- Diepte in je spel.
- Spits in spelen die bal vast kan houden.
- Effectief zijn.

- Wedstrijdvorm 4 tegen 4 op en kleine ruimte.
- De spelers zullen hierdoor wat rustiger leren zijn aan de bal als ze een kleine ruimte hebben en de tegenstander druk zet.

- Je speelt een positie spel. Hierbij heb je vier goals om op te scoren
- Je speelt het positie spel 7 tegen 7 + 2 neutralen. De neutralen staan ook midden in het veld.
- De eerste keer moet het team in balbezit 4 keer over spelen. Dan mogen ze scoren op 1 van de vier goaltjes
- Hebben ze gescoord moeten ze 5 keer over spellen.
- Je speelt 4 x 3 minuten.
Doelstelling:
- Het verbeteren van het versneld handelen.
- Hierbij leg je de nadruk dat ze zo snel mogelijk moeten spelen om tot een goal te komen.

- Je speelt een 7 tegen 7 + K.
- Hierbij ligt het accent op het snel handelen. Hierbij speel je de eerste 5 min met 3 keer raken om dit te stimuleren.
- Coaching:
- Snel verplaatsen van de bal
- Bal er uit halen
- Om de 16 meter afwerken
- Tweede lijn ballen
- Simpel voetballen
- Naar de grote goal speel je in een 1-3-3 formatie
- Met keeper speel je in een 1-2-3-2

- Je speelt een positie spel.
- Hierbij speel je met 4 zijdes kaatsen.
- Hierbij is het belangrijk dat je ziet wat er gebeurt In balbezit:
- Spelers zijkant: 1 in de bal 1 diepte actie
- Spelers midden: 1 in de bal 1 hoger weg. In balbezit beweging na de bal gespeeld te hebben
- Bal verlies
- Volle druk op de bal. Eerste 3 seconden
- Bal BB TT
- Vanuit organisatie druk zetten.
- 1 kant dicht

Doelstelling:
- de spelers komen tot beheersen van de korte pass.
Oefening:
- Je speelt een pass en trap met veel beweging.
- Speler A speelt speler B in.
- B kaatst op A.
- A speelt C in.
- C kaatst op B.
- B kaatst op C.
- Deze speelt E in die beweging naar voren maakt.
- E speelt uitzakkende D in.
- Deze kaatst uit op E welke in speelt op A.

- Je speelt met twee keepers op de goal.
- De bal wordt ingespeeld door de eerste keeper.
- Hier wordt een 2 vs 2 gespeeld.
- Wanneer de bal uit is komt er vanaf de andere keeper nog een 2 vs 2.
- Na 10 min wissel je door naar een 3 vs 3

DOELSTELLING
- Dieptespel in opbouw verbeteren
AFMETINGEN
- Lengte: 25/30 meter
- Breedte: 12/18 meter
SPELREGELS
- Als het vijftal de bal 10x heeft rondgespeeld heeft het 1 punt
- Als de verdedigers de bal veroveren en de bal onder controle hebben (bal onder de voet) of als het vijftal de bal uitschiet, krijgen ze 1 punt
- Bij 3 punten voor het drietal komen er twee nieuwe verdedigers

DOELSTELLING
- Creëren van kansen
AFMETINGEN
- Lengte: 50 meter
- Breedte: 30 meter
SPELREGELS
- Beide teams kunnen scoren op het grote doel met keeper
- De neutrale speler is de kaatser in het gele vak tegenover het grote doel
- Voordat er gescoord mag worden, dient het balbezittende team eerst de neutrale speler te gebruiken, hiermee halen ze 'recht van de aanval'
- Op het moment dat de bal uit gaat, of als de tegenpartij de bal onderschept, moet er weer opnieuw 'recht van de aanval' worden gehaald bij de neutrale speler
- Als de bal uit is, indribbelen

- Spelen een positie spel
- Hierbij heb je 4 kaatsers aan elke kant
- Je speelt 4 x 3 minuten
- Eerste sessie vrij spel en wennen aan elkaar
- Tweede sessie benoemen van het snelle spel en bewegen zonder bal in bb. Het verdedigen moet met veel energie en snel gebeuren. Je speelt deze sessie met 2 keer raken
- Derde sessie terugblikken wat er beter kan eigen input
- Vierde sessie weer vrij spel
