Voetbaloefeningen voor de techniek schieten
Beschrijving:
- Aanvallend team gaat per 3 aanvallen.
- Daarbij komen ze in zone 1 waarbij 1 verdediger staat.
- Zij zullen door middel van een actie of een breedte pas de verdediger moeten uitspelen.
- Vervolgens komen ze in zone 2: waarbij er nu 2 verdedigers staan waarbij ze enkel door de zone kunnen door een breedte pas.
- Nadat ze de 2de zone door zijn kunnen ze op een doel besluiten.
Organisatie
- 25 x 17,5 m
Tijdsduur:
- Ieder aanvallend team krijgt 5 kansen
- Vervolgens wisselen de teams.
Coaching:
Basics
- Vrij staan en vrij lopen + correct ingedraaid staan van de ontvanger “AANSPEELBAAR”
- Laat horen of toon dat je vrij staat “SPREEK”
- Speel de bal met de juiste voet, de juiste snelheid en nauwkeurig “NAUWKEURIG”
Teamtactics
- Speel diep indien mogelijk “DIEP”
- Open breed indien diepte niet lukt “BREED”
Beschrijving:
- In elk doel liggen 4 ballen.
- Doormiddel van scoren kan een team zijn doel leegmaken.
- En dit door terug beginnen opbouwen van achteruit.
- Spel wordt in gang gezet door de keeper van het verliezende team.
Organisatie
- Veld: 35 x 25 m
Tijdsduur:
- 20 min
Coaching:
Basics
- Vrij staan en vrij lopen + correct ingedraaid staan van de ontvanger “AANSPEELBAAR”
- Laat horen of toon dat je vrij staat “SPREEK”
- Speel de bal met de juiste voet, de juiste snelheid en nauwkeurig “NAUWKEURIG”
Teamtactics
- Speel diep indien mogelijk “DIEP”
- Open breed indien diepte niet lukt “BREED”
Fun:
- Zeg bommen in plaats van ballen.
Beschrijving:
Keeper drijft in waarop de staart breed opent zodat de bal naar de vleugel of de open gaande staart kan gespeeld worden.
Na 5 min wisselen van kant.
Organisatie
Volledig veld (35 x 25 m)
Tijdsduur:
10 min (2 x 5min)
Fun:
Welk team scoort het meest wanneer ze aanvallen.
Coaching:
Basics
1. Vrij staan en vrij lopen + correct ingedraaid staan van de ontvanger “AANSPEELBAAR”
2. Laat horen of toon dat je vrij staat “SPREEK”
3. Speel de bal met de juiste voet, de juiste snelheid en nauwkeurig “NAUWKEURIG”
Teamtactics
4. Speel diep indien mogelijk “DIEP”
5. Open breed indien diepte niet lukt “BREED”
- Nr 1 speelt vanaf de middencirkel op nr 2
- Nr 2 staat op de punt van de 16 meter lijn.
- Nr 2 speelt op nr 3.
- Nr 3 staat op de andere punt van de 16 meter lijn.
- Nr 1 loopt rustig op naar de 16 meter lijn.
- Nr 3 legt terug op nr 1
- Nr 1 schiet op doel
Inhoud
- Nr 1 geeft een lange pass/trap op nr 2
- Nr 1 biedt zich aan voor de 1 - 2
- Nr 2 komt in de bal en passt de bal op nr 1
- Hij speelt hem op de binnenkant van hem
- Speler nr 1 passt dan de bal met zijn rechter been op nr 2
- Speler nr 1 controleert de bal of schiet rechtstreeks op het doel
- Wanneer er van de andere kant wordt gewerkt dan het linker been gebruiken
Opbouw van de oefenvorm
- Tweetallen één bal
- Spelers bij nr 1 hebben balbezit
- Na gewerkt te hebben wisselen van taak en achter aansluiten
- Afstanden vergroten/verkleinen
Coaching
- De bal goed strak inspelen
- Speel de bal aan de binnenkant waardoor er met rechts gespeeld moet worden.
- De bal zal dan naar de afwerker toekomen
- Zorg dat spelers niet te lang stilstaan
- nummer 1 speelt nummer 2 in.
- nummer 2 kaatst de bal terug op 1
- 1 legt de bal tussen 5 en 6 in. waar door 5 er onder komt.
- 5 speelt gelijk 6
- 6 legt hem klaar voor 2 die afrond op doel
- we beginnen bij nummer 1.
- - nummer 1 speelt nummer 2 in.
- - nummer 2 kaatst de bal terug op 1.
- - nummer 1 stuurt nummer 3 weg richting de achterlijn.
- - nummer 3 geeft de bal voor zo dat nummer 4 kan afronden.
1 gaat naar 2
2 gaat naar 3
3 gaat naar 4
- speller sprint naar de bal (A)
- die dribbelt hij naar A1 waar hij de bal laat liggen.
- op rustig tempo naar de zijlijn om terug te komen naar A1.
- van A1 sprint hij naar de bal die bij A achter het pion ligt.
- dribbelt naar A2 waar hij de bal laat liggen.
- zo verder tot c2.
- de keeper rolt de bal naar de speller toe en rond dan af op doel. probeer 1 keer aan te nemen en schieten.
- Speler 1 staat op de rand van de 16 meter / 11 meter stip (afhankelijk van het niveau van de spelers)
- Speler 2 staat op de rand van de middencirkel en speelt de bal in op speler 1.
- Speler 1 kaatst de bal op de inlopende speler 2.
- Speler 2 schiet op het doel.
- Nummer 1 speelt in op 2 en gaat de 1-2 aan.
- 1 opent naar 3 die de bal klaar legt voor nummer 4.
- Nummer 4 rond af op de goal met linkerbeen.
- Hierna gaat 5 van start richting 6 etc. Nummer 8 rond af met rechts.
- Gewone spelregels (wedstrijdecht)
- Controleren of het geleerde wordt begrepen en toegepast in een partijvorm
- Is de doelstelling bereikt?
- Om de relatie te zien tussen de oplossingen/mogelijkheden die zijn aangereikt in de voorgaande oefenvormen en de partijvorm (wedstrijd)
- De aanvallers proberen zo snel mogelijk te komen tot een kans of doelpunt
- De verdedigers proberen de aanvallers zo lang mogelijk op te houden en ze naar 1 kant te dwingen
- De verdedigers in ondertal zorgen dat ze dicht bij elkaar blijven zodat ze elkaar kunnen helpen
- Niet uitstappen in ondertal, wachten tot de tegenstander de bal naar de zijkant brengt om dan druk te zetten en de tegenstander aan de zijkant te houden