Voetbaloefeningen
Oefening passing met bal op 9/10
- Korte directe passing
- Juist ingedraaid staan
Tussen de lijnen bewegen en altijd voorwaarts denken
Pass oefening met spelen tussen de lijnen en omgekeerde beweging
Passing drill: kleine groep maximaal twee keer raken
- Passingdrill: in de bal komen, spelen en doorbewegen
- Speler ''WIT'' Zakt in om de bal op te halen bij de keeper.
- Keeper Geeft de bal mee aan '' WIT''.
- Speler ''WIT'' Dribbelt richting Speler ''BLAUW''.
- Ten hoogte van zijn startpunt geeft hij een pass naar Speler ''BLAUW'', ''WIT'' loopt door.
- Speler ''BLAUW'' kaatst de bal terug naar ''WIT''.
- Speler ''WIT'' geeft een crosspass naar Speler ''ROOD''.
- Speler ''ROOD'' dribbelt richting de 16.
- Rond het midden van het veld pass ''ROOD'' naar ''BLAUW2''.
- Speler ''BLAUW2'' kaatst de bal terug naar ''ROOD''.
- Speler ''ROOD'' schiet de bal op doel.
- Wordt gewoon doorgedraaid.
- WIT neemt positie in van BLAUW.
- BLAUW neemt positie in van ROOD.
- ROOD neemt positie in van BLAUW2.
- BLAUW2 neemt positie in van Keeper. (hoeft niet als je vaste keeper hebt)
- Minimaal 5 personen, om snelheid te krijgen en te behouden minimaal 7.
- Speciale keeperstraining, reactie.
- Passen, trappen en afwerken.
- Passen, snel door bewegen.
- Combinatie langs de flank, buitenspeler wordt weggestuurd en zet voor.
- Binnen het bepaalde veld wordt 4x4 gespeeld.
- Aan elke rand staat een neutrale speler.
- Deze mag het veld niet in, maar moet wel bewegen (aanbieden).
- Door wisselen gaat eenvoudig wanneer ieder team een eigen kleur heeft.