Voetbaloefeningen
- Bal moet via combinatie naar tegenoverliggende zijde worden gespeeld.
- Aan beide korte zijde staat een neutrale speler.
- Op half speelveld en met groot doel wordt overtal uitgespeeld.
- De neutrale spelers blijven aan de flank, maar bewegen wel (aanbieden).
- Verdediging kan bij bal verovering scoren op kleine pupillendoel.
- Passen.
- Trappen.
- Afwerken.
- Passen.
- Opendraaien.
- Aanbieden tussen hoedjes.
- Direct daarna aan zijkant aanbieden.
- Let op!
- Na doorspelen vanaf zijkant teruglopen naar tegenovergestelde zijde van passing.
- Pass trap met variaties in het afronden en opbouw.
- Keeper gooit uit.
- Spits inspelen en bijsluiten.
- Kaats.
- Keeper schiet uit,
- Spits met rug naar doel inspelen.
- Deze draait weg.
- Doel:
- Conditioneel.
- Bal gevoel.
- Hoe Bewegen.
- Concentratie.
- Variatie:
- A op C.
- 5 : 5 / 6 : 6 + 4
- Doel:
- Bal gevoel.
- Conditioneel.
- Diagonaal Bewegen. (Waarom?)
- + Spelen.
- Na kaats of aannemen, kaatser verplicht naar een ander vak bewegen.
- 4 x 3 min spelen.
- 1 min wissel.
- 3 x raken.
- Variatie:
- Vak in diamantvorm.
- Stabiliteit:
- Op 1 been laten staan.
- Ander been optrekken, zodat het bovenbeen mooi horizontaal komt.
- Onderbeen verticaal in een hoek van ca. 90 graden.
- Tenen van het opgetrokken omhoog laten wijzen.
- Contra arm naar voren.
- Na 5 seconden wisselen van been ( mits de speler stabiel staat)
- Hetzelfde als hiervoor, maar dan met voorwaartse en zijwaartse stap.
- Hetzelfde als hiervoor, maar dan vanuit een voorwaartse beweging.
- Diverse plank oefeningen in gesloten en open keten.
- Alle houdingen max 15-20 seconden aanhouden.
- Groep opsplitsen in 2 groepen.
- 1 groep start bij oefening 1.
- 1 groep start bij oefening 2.
- 4 minuten per oefening met 2 min rust.
- Oef 1:
- Loopladder:
- Knieën laag frequentie hoog.
- Lage hordes:
- Kaatsprongen.
- Zig zag pionnen.
- Laag zitten en moment bij pion kort.
- Stokken LOOP.
- Loopladder:
- Oef 2:
- Loopladder:
- Zijwaarts knieën hoog.
- Hoge hordes:
- Hinkel sprongen.
- Zig zag voorwaarts.
- Stokken SPRONGEN.
- Loopladder:
- In een cirkel
- Oefeningen mobiliteit.
- Zie stretch kaart mobiliteit.
- Sets van 10 herhalingen
- Stretch de liezen.
- Zitten op 1 knie.
- Ander been zijwaarts.
- Licht veren vanuit de heup
- Stretch heup.
- Zittend op 1 knie.
- Ander been naar voren ( lunge)
- Stretch onderrug.
- Ga op je buik liggen en leg je armen voorwaarts.
- Kom met het bovenlichaam omhoog.
- Stretch hamstrings.
- Zittend met 1 been gestrekt naar voren en een been ingetrokken.
- Met beide handen naar de voet van het gestrekt been
- Stretch gluteaal streek.
- Liggen op rug 1 been vastpakken bij bovenbeen en naar je toe trekken.
- Ander been buig je en leg je op het bovenbeen ter hoogte van de knie.
- Bruggetje:
- 2 sets van 20 herhalingen
- Planken:
- 2 sets van 20-30 seconden
- Squats:
- 2 sets van 20 herhalingen
- Push up:
- 2 sets van 15 herhalingen
- Burpees:
- 2 sets van 10 herhalingen
- 2 sets van 10 herhalingen
- dubbele rondo – wisselen van vierkant bij 3e onderschepping.
- Laatste 2 in het midden.
- Beginnen met gewone rondo.
- 2x 2mminuten.
- Daarna overgaan op de dubbele rondo.
- Spelers hebben hesjes in de hand voor de snelle wisseling.
- Groepjes van 3 ( bij verkeerd uitkomen aantal een groepje van 2 maken).
- Speler 1 en 2 hebben beiden een bal.
- Spelers 2 verplaats zich zijwaarts ( met zijn gezicht naar speler 1) naar stok a en gaat om de stok heen en krijg in het midden de bal aangespeeld van speler 1.
- De kaats wordt aangegaan en speler 2 gaat zijwaarts door daar stok 2.
- Bij stok 2 draait de speler 2 om zijn as en krijgt de bal in het midden aangespeeld door speler 3.
- 3 ( 3x1 minuut).