Volleybaloefeningen
- Begin- en eindlijn bepalen
- Dopjes liggen verspreid door het veld.
- Aantal dopjes is aantal spelers in team x 2.
- Dopjes worden 1 voor 1 naar eindlijn gebracht.
- Het team dat als eerste klaar is wint.
- Verschillende vormen gooi en vangen.
- Opgooien en achter de rug vangen (rug recht houden).
- Opgooien, onderarms opspelen en achter de rug vangen (wie kan dit?).
- Tweetallen dezelfde oefening.
- 1 aangooien.
- De ander vangen achter de rug.
- Idem dezelfde oefening.
- Een onderarms opspelen
- De ander achter de rug vangen.
- Verdeel het team in tweetallen.
- Speler 1 staat op de achterlijn van het veld en speler 2 gaat op een willekeurige plek aan de andere kant van het net staan.
- Het is de bedoeling dat speler 1 de bal gericht in de handen van speler 2 serveert.
- Speler 2 mag geen stap opzij doen. Serveert speler 1 onderarms in de handen van speler 2 dan krijgt de speler 1 punt.
- Bovenhands? --> 2 punten.
- Na 10 ballen wisselen.
- Het team met de meeste punten wint.
- Speler begint op achterlijn (C en hoger)
- of achter het midden (CMV).
- Trainer serveert hoog over het net
- Speler rent zo snel mogelijk en probeert te vangen
- Buitenom teruglopen
- Per persoon 2 ballen
- Een bal tussen de benen/onder de arm, andere in twee handen aan een kant naar keuze, bal recht omhoog gooien en met twee handen vangen
- Als de bal aan de ene kant omhoog is dan de andere bal aan de andere kant omhoog gooien
- Armen recht houden, zoveel mogelijk recht omhoog gooien
- Tweetallen 2 ballen.
- Een persoon gooit een bal recht naar de andere persoon
- Ondertussen gooit de andere persoon zijn bal recht omhoog en gooit de aangegooide bal terug.
- Daarna eigen bal vangen
- Rode speelsters starten vanuit het midden (vuisten tegen elkaar).
- Lopen/shuffle richting de zijlijn en passen de door blauw aangegooide bal terug.
- Dan terug naar startpositie (wedstrijd element wie staat als eerste weer klaar.
- Vuisten weer tegen elkaar en dan eenzelfde ronde.
- 4/5 rondjes dan
- Blauw -> rood.
- Rood -> blauw.
- 1 speler op pos 5 gooit bal in naar pos 3 (SV).
- 2 spelers lopen om de beurt in vanuit pos 1 naar pos 3 (SV).
- Van hieruit verzorgen ze de setup naar pos 4.
- Op pos 4 staat 1 speler op een verhoog (vb plint/kast) om de bal op te vangen en nadien door te geven aan pos 5.
https://www.youtube.com/watch?v=_qQZSwT531Y
- 3 verdedigers aan 1 zijde van het veld de rest aan de overkant allen met bal (serveerders)
- Serveerders serveren de bal, de verdedigers moet deze passen naar de TR (positie 2/3)
- Regelmatig wissel van spelers!
- Puntentelling:
- Goede serve en slechte pass is 1 punt, maar foute serve is aftrek van een punt --> serveerders
- Goede pass is 1 punt, maar foute pass is aftrek van een punt --> verdedigers
- Wie is het eerste bij de 7 punten
- TR rolt de bal naar de serveerders
- Maak 2 rijen.
- Achterste speler tijgert met bal door de poortjes
- Rolt bal door poortjes terug
- Volgende gaat met bal door poortjes
- Serveerder brengt op tempo de bal in,
- Spelers verdedigen/passen deze bal naar 2/3 (afvanger)
- Afvanger vangt de bal --> serveren --> om de pionnen heen en sprint naar de overkant
- Etc
- Verdeel de groep in tweeen met elke een bal
- Tegelijk makkelijk (evt. onderhands) serveren
- Bal mag in 1 keer of max 3x over het net
- Verdeel de groep in tweeën
- Elke kant ligt er 1 mat op de grond
- Rol maken op de mat en klaar staan voor de verdediging,
- Achterspeler speelt de bal naar de verdediger (moeilijk/geslagen)